Laat je wagen niet stelen!
Autodiefstal is tegenwoordig big business. Maar, een auto die een dief niet gemakkelijk kan stelen, laat hij links liggen. Zorg er daarom voor dat jouw wagen net iets moeilijker te stelen is dan de volgende op zijn pad...
Wat kan je zelf doen?
- Sluit wanneer je in de stad rijdt, tijdelijk de portieren langs de binnenkant om te beletten dat iemand in de wagen binnendringt terwijl je bv. aan een stoplicht wacht.
- Parkeer de wagen bij voorkeur in een garage of op een andere veilige, goed verlichte plaats. Als je geen garage of poort hebt, rij je best zo ver mogelijk de oprit op. Bewegingsdetectoren, honden en alarmen zijn afschrikwerende middelen. Heb je twee wagens op je oprit staan? Parkeer dan eerst de meest waardevolle auto en daarachter de minst aantrekkelijke auto.
- Een autoalarm is geen garantie om diefstal te voorkomen, professionele dieven hou je er niet mee tegen, maar het kan wel omstaanders waarschuwen.
- Is je auto uitgerust met een traceersysteem, dan kunnen de bevoegde instanties de gestolen wagen op elk ogenblik en eender waar kan lokaliseren. Breng je een label aan dat te kennen geeft dat jouw auto over zo'n traceersysteem beschikt? Enerzijds wel, het kan dieven afschrikken. Anderzijds niet, professionele autodieven weten hoe ze dergelijke beveiligingssystemen moeten omzeilen. Als ze niet weten dat je wagen een traceersysteem bezit, dan zullen ze het ongemoeid laten.
- Draai bij het parkeren de wielen altijd in de richting van het voetpad. Met de wagen wegrijden neemt dan enkele seconden meer in beslag, wat al genoeg kan zijn om een kandidaat-dief op andere gedachten te brengen.
- Schakel het stuurslot in. Dit is een gemakkelijke en efficiënte maatregel tegen diefstal.
- Laat nooit sleutels in het contact van de wagen zitten, zelfs niet voor een korte periode.
- Leg geen reservesleutel in je voertuig. Dieven weten maar al te goed dat sommigen een extra sleutel in het handschoenenkastje, onder de zetel of achter het licht verstoppen.
- Sluit de wagen altijd zorgvuldig af: vergeet naast de portieren ook niet de ramen, het open dak en het kofferdeksel.
- Neem altijd waardevolle voorwerpen mee (GPS, laptop, handtassen, jassen, fototoestellen,…). Zijn ze te omvangrijk, berg ze dan op in de koffer op het moment van vertrek. Zo brengt je niemand op het idee in de wagen in te breken. Laat het handschoenkastje open zodat het voor eventuele dieven duidelijk is dat er geen waardevolle voorwerpen zijn.
- Neem zo dikwijls mogelijk de boorddocumenten mee, zeker bij een langere afwezigheid. Zorg voor kopies van je boorddocumenten en bewaar deze thuis. Doe dit onmiddellijk bij de aankoop van het voertuig.
- Noteer de specifieke kenmerken van jouw wagen op een signaleringsfiche. Deze documenten en informatie kunnen bij een eventuele diefstal de politiediensten helpen bij het terugvinden en bij een correcte identificatie van je voertuig.
Ben je toch slachtoffer van autodiefstal?
Verwittig onmiddellijk de politiediensten op het nummer 101. Tracht eventuele getuigen ter plaatse te houden of vraag hun naam en adres.