Heterdaad, wat is dat nu eigenlijk?

Wanneer een misdrijf bezig is te gebeuren of net is gepleegd, spreken we van een op heterdaad ontdekt misdrijf. Het strafbaar feit of de misdaad wordt dus ontdekt op het moment zelf of direct erna.

Met "direct erna" bedoelen we kort na de feiten, met een maximum van enkele uren. Er is echter wettelijk geen exacte duur vastgelegd.

Om de toestand van heterdaad te behouden, moeten alle vervolgings- en onderzoeksdaden worden uitgevoerd binnen de tijdsduur die werkelijk nodig is voor de uitvoering ervan. Na de ontdekking van de feiten en de melding ervan aan de politie, mag er geen "abnormale" onderbreking zijn voordat de politie in actie komt en ter plaatse de nodige vaststellingen doet.

De tijd die de politie effectief nodig heeft om op de plaats van het delict te geraken, wordt niet beschouwd als onderbreking van de toestand van heterdaad.

Twee gevallen die zijn gelijkgesteld aan ontdekking op heterdaad :




1) De verdachte wordt vervolgd door het openbaar geroep. Dit betekent dat direct na de feiten een verdachte ondubbelzinnig wordt aangewezen door een of meerdere personen die ter plaatse waren, door woorden of door daden (bv. aanwijzen, schreeuwen, achtervolgen of vasthouden).



2) De verdachte wordt kort na de feiten onderschept en is in het bezit van goederen, wapens, materiaal of documenten die doen vermoeden dat hij de (mede)dader is van de zojuist gepleegde feiten.

Buitengewone bevoegdheden van de gerechtelijke autoriteiten


Wanneer er een strafbaar feit is gepleegd, zal de politie de nodige vaststellingen doen om bewijzen te verzamelen. Ook zal zij alle personen ondervragen die op het moment van de feiten aanwezig waren of die nuttige inlichtingen kunnen verstrekken.



De buitengewone bevoegdheden van de procureur des Konings en de officieren van de gerechtelijke politie in het geval van een ontdekking op heterdaad, maken het de gerechtelijke autoriteiten mogelijk om de volgende stappen te ondernemen:



• Iedereen die in de woning of op de plaats van het delict aanwezig is, verbieden om te vertrekken voordat alle vaststellingen zijn gedaan. Dit zogenaamde retentierecht zorgt ervoor dat er een doeltreffende identificatie en selectie kan gebeuren van de aanwezigen die belangrijk zijn voor het onderzoek.



• De plaats van het delict (openbaar of privé) betreden, evenals de verblijfplaats van de verdachte, zelfs in zijn afwezigheid, zonder dat hiervoor een huiszoekingsbevel is vereist. Dankzij dit recht op huiszoeking zonder huiszoekingsbevel is er een grondig onderzoek van de plaatsen en woningen mogelijk met het oog op een eventuele aanhouding van personen en/of inbeslagname van goederen.



• Alles in beslag nemen dat mogelijk gediend heeft of bestemd was voor het plegen van de feiten, evenals alles wat er het resultaat van is of als bewijsstuk zou kunnen dienen om de waarheid aan het licht te brengen.



• Overgaan tot de gerechtelijke aanhouding van alle verdachten tegen wie ernstige aanwijzingen van schuld bestaan, of deze personen nu (nog) aanwezig zijn op de plaats van het delict, of zich alweer naar hun huis of een andere plaats hebben begeven. In dat laatste geval gebeurt dit met de uitdrukkelijke toestemming van de procureur des Konings.



• Artsen en deskundigen aanstellen die worden belast met het nemen van bloedstalen, een onderzoek aan het lichaam van personen, of zelfs een autopsie.



• Een beroep doen op specifieke onderzoeksmethoden, zoals opsporing, telefoontap, opening van onderschepte post - dit alles binnen de strikte voorwaarden van de wet.

Labels