Blij in de wei

Bij extreem koude en slechte weersomstandigheden zoals hevige sneeuw- of regenval moeten eigenaars hun dieren voldoende beschutting en vers voeder en water aanbieden. Dieren die permanent buiten staan moeten altijd over een droge plaats beschikken zoals een schuilhok (waar ze eventueel kunnen gaan neerliggen). Als u geen beschutting kunt voorzien, moet u de dieren bij slechte weersomstandigheden tijdig binnenhalen of verplaatsen naar een meer geschikte locatie. Natuurlijk moeten de dieren ook over voldoende voeder en drinkwater beschikken. In de winter brengt een weide onvoldoende gras voort, zodat de dieren moeten bijgevoederd worden. Water in drinkbakken en leidingen kan bevriezen, hier moet de eigenaar extra waakzaam voor zijn.

Niet alle dieren zijn even onderhevig aan de gevolgen van koude. Runderen en paarden zijn er goed tegen bestand en hebben bij droog weer weinig last van extreem lage temperaturen. Dit wordt anders als er ook neerslag en wind in het spel zijn. Dan is beschutting ook voor hen broodnodig. Andere dieren zoals schapen en geiten zijn iets minder koudebestendig dan runderen en paarden en u kunt hen bij extreem lage temperaturen best binnenhalen. De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu heeft in 2008 de folder 'Blij in de wei' uitgebracht over het welzijn van weidedieren. U kunt deze folder raadplegen op de website van de FOD Volksgezondheid of aanvragen via dierenwelzijn@health.belgium.be

Labels