Verkeersregels, verkeerstekens en bevelen: wat primeert?

Als bestuurder moet je de verkeersregels, de verkeerstekens (verkeersborden, wegmarkeringen en verkeerslichten) en de bevelen van bevoegde personen respecteren. Maar wat primeert er nu precies? En als er een combinatie van die verschillende elementen is?

De wegcode bepaalt een strikte hiërarchie (art. 6 Wegcode)

De verkeersregels bevinden zich onderaan deze hiërarchie.

Eén van de meest gekende verkeersregels is de voorrang aan rechts. Dat betekent dat je op een kruispunt waar het verkeer niet geregeld wordt door voorrangsborden, verkeerslichten of een bevoegd persoon, voorrang moet geven aan de bestuurders die van rechts van jou komen.

De verkeerstekens gaan boven de verkeersregels.

De zes categorieën verkeersborden: gevaarsborden, borden betreffende de voorrang, verbodsborden, gebodsborden, verkeersborden betreffende het stilstaan en parkeren en aanwijzingsborden. Ze kunnen worden aangevuld, verduidelijkt of begrensd door een extra rechthoekig bord.

Bijvoorbeeld: als op een kruispunt voorrangsborden staan dan is de voorrang aan rechts er niet van toepassing en moet je rekening houden met die voorrangsborden, want zij bepalen dan wie er voorrang moet verlenen. 

Let op: als het voorrangsbord B17 staat, dan geldt de voorrang aan rechts natuurlijk wel. 

 

B17





De verkeerslichten gaan boven de voorrangsborden en uiteraard ook boven de voorrangsregels.

Let op:

- als het gaat om een oranje knipperlicht (alleen geplaatst of werkend in een driekleurig systeem) of lichten boven de rijbaan (een groene naar beneden gerichte pijl of een rood kruis) dan moet je de verkeerstekens (dus ook de voorrangsborden) die op dezelfde weg geplaatst zijn wel respecteren;

- de verkeersborden B22 en B23 laten fietsers toe om door oranje of rood licht te rijden om rechts af te slaan (B22) of rechtdoor te rijden (B23), op voorwaarde dat zij voorrang geven aan andere weggebruikers op de openbare weg of de rijbaan. 

De bevelen van de bevoegde personen staan bovenaan de hiërarchie en gaan dus boven de verkeersregels, de verkeersborden en de verkeerslichten.

Bijvoorbeeld: als een politieagent op een kruispunt het verkeer regelt en de arm of de armen horizontaal uitstrekt, dan moet je stoppen als je nadert uit de richtingen welke deze aangewezen door zijn arm of armen dwarsen, zelfs al staat het verkeerslicht voor jou op groen.      

De bevelen die door een bevoegde persoon worden gegeven gelden ook voor voetgangers en gaan dus boven de verkeerslichten voor voetgangers.

Het verplichte karakter van de bevelen van een bevoegde persoon staat in artikel 4 van de wegcode. De bevoegde personen worden vermeld in artikel 3.

Bron: Secunews.be

Je vraag blijft onbeantwoord? Contacteer Lokale Politie Gent via het contactformulier of telefonisch via 09 266 61 11.